magazine_cover
© 2007-2024 Elvismatters vzw
Elvis and Elvis Presley are Registered Trademarks of Elvis Presley Enterprises Inc.
ElvisMatters is an officially recognized Elvis Presley Fanclub.
   
 
Meeting Tom Parker
 
Een persoonlijke ontmoeting met
Dries van Kuijk in Las Vegas

Ruim 15 jaar geleden ontmoette de Nederlandse regisseur Jorrit van der Kooi voor de eerste en enige keer ‘The Colonel’. Jorrit, die vandaag voor televisie werkt en medewerker is bij ElvisMatters, is een wandelende encyclopedie over het leven van Tom Parker. Op onze vraag haalt hij voor dit thema-magazine herinneringen op aan die unieke dagen in Las Vegas toen hij, amper van school, maar één wens had: spreken met de manager van Elvis Presley.

Door Jorrit van der Kooi


De zomer van 1993 staat nog fris in mijn herinnering. Het is het jaar dat ik als 20 jarige voor het eerst naar Las Vegas ging, met in mijn handbagage een HI 8 videocamera die ik op afbetaling had gekocht. Doel: kijken of het mogelijk zou zijn om Colonel Parker te interviewen. Probleem: de man gaf vrijwel nooit interviews en het was zelfs onbekend waar hij precies woonde in Las Vegas, laat staan dat hij telefonisch te bereiken was. Het enige wat ik zeker wist, was dat de Colonel zijn verjaardag meestal in het Las Vegas Hilton doorbracht. En dus besloot ik om al een paar dagen voor zijn verjaardag rond te hangen in de lobby en het casino van het Hilton hotel. De eerste 2 dagen liep ik vaak door het casino in de hoop de man aan te treffen achter een gokmachine of een roulettetafel. Het was immers bekend dat hij dol was op gokken. En ik vroeg natuurlijk aan een aantal croupiers of ze me wilden waarschuwen als de Colonel er zou zijn. De derde dag werd mijn geduld beloond. Een van de geldwisselaars die voortdurend door het casino lopen, kwam naar me toe. “Jij bent toch op zoek naar de Colonel ? Hij is hier met zijn vrouw “. Al snel stond ik oog in oog met een heel vriendelijke Loanne Parker, een vrouw die ik wel van naam kende, maar nooit op een foto had gezien. “Ben je een fan? Wil je een handtekening van de Colonel? Dat kan hoor, wacht maar even”. Vervolgens liep ze naar de Colonel toe die verderop heel geconcentreerd achter een eenarmige bandiet zat te gokken. Loanne fluisterde hem iets in zijn oor, en de Colonel knikte, vervolgens stopte hij zijn spel en mocht ik dichterbij komen. “Heb je iets voor hem om zijn handtekening op te schrijven?” vroeg Loanne. Daar had ik niet echt aan gedacht, maar gelukkig had ze een aantal vooraf gedrukte foto’s bij zich. Ik heb die gesigneerde foto nog steeds, het is een soort ansichtkaart met op de achterkant een gedicht dat de Colonel over Elvis heeft geschreven, en op de voorkant een foto van de Colonel voor het Flamingo Hilton.
Nadat ik de Colonel een hand gaf vroeg hij hoe mijn naam was en hij schreef het vervolgens op de kaart. “Ik kom ook uit Nederland”, zei ik in het Engels. “Echt waar, welke plaats?”, wilde hij weten. In die tijd woonde ik in Zwolle. “Dat ken ik niet” zei hij, “ Ik kom uit Breda”.
Daarmee was het ijs gebroken, dacht ik. En zei, nog steeds in het Engels: “Spreekt u nog een beetje Nederlands?”
“Of ik nog een beetje Nederlands spreek?” reageerde hij vervolgens in het Nederlands. Het viel me op dat hij een Rotterdams accent had. Dat is te verklaren door het feit dat hij als 16-jarige is verhuisd naar Rotterdam en daar heeft hij grotendeels gewoond tot zijn vertrek naar Amerika. Maar toch was het vreemd, je zou eerder een Brabants accent verwachten.
Ik ging verder met vragen stellen: “Waarom bent u Nederland vergeten?”
“Ik ben het niet vergeten, in 1953 was er een grote overstroming, toen heb ik nog geld gestuurd.”
“Waarom heeft u geen contact meer met uw familie?” Hij antwoordde nu weer in het Engels:
- “Zij hebben hun leven en ik heb mijn leven”.
“Ik heb telefoonnummers van uw zus bij me, als u wilt geef ik het.”
- “Ik heb die telefoonnummers zelf wel, ik weet wat er speelt in mijn familie, Ad is overleden.”
Nu was ik echt verrast. De Colonel bleek te weten dat zijn broer een jaar daarvoor was overleden, en dat terwijl die twee al sinds 1961 geen contact meer met elkaar hadden. Pas vorig jaar ben ik erachter gekomen dat Ad Jr, de zoon van Ad, de rouwkaart had gestuurd naar een adres van de Colonel. Het adres had hij gevonden in een adressenboekje van zijn vader, na diens overlijden. Ad Jr. heeft echter nooit een reactie terug ontvangen van zijn beroemde oom.
Toen de Colonel het had over het overlijden, verstond ik zijn Engels niet. Daarom herhaalde hij het nog eens in het Nederlands.
- “Ad is dood.”
“Uw zus Adriana ook, weet u dat ?”
Het was duidelijk dat hij dat niet wist. En het was ook duidelijk dat de vrijpostige vragen die ik hem stelde hem stilaan begonnen te irriteren.
- “Luister, je hebt je foto, ik heb met je gesproken, wat wil je nog meer?”

En dat was het korte gesprekje wat ik had met de Colonel. Kort maar krachtig. In ieder geval had ik nu iets meer inzicht in het mysterie wat er rond de Colonel hing. Ik had natuurlijk graag gewild dat ik een heel interview met hem had kunnen filmen, maar dat was duidelijk geen optie. Dus ging ik over naar plan B. Dat was: hem op afstand met een verborgen camera filmen. Na een paar shots kwam er al een security guard naar me toe met het vriendelijke maar dringende verzoek om het filmen onmiddellijk te staken. Officieel mocht ik niet eens in het casino zijn, ik was 20 en volgens de wet in Nevada, mag je pas in een casino rondhangen als je 21 of ouder bent.

Een paar dagen later probeerde ik het weer. De Colonel bleek zeker 2 tot 3 keer per week naar het casino te gaan. Nu had ik een ander plan. Ik kocht een drankje (veel geld voor mij in die tijd) en ging aan de bar zitten, met de camera heel nonchalant op mijn schoot. Vanaf die positie kon ik uitstekend inzoomen op de gokkast van de Colonel. Ik was er namelijk al snel achter gekomen dat hij altijd achter dezelfde gokkast zat. De machine stond in een rijtje voor ‘high rollers’, en dat betekent dat elke worp in de automaat gelijk stond aan 25 dollar. De Colonel gokte telkens uren achter elkaar, dus reken maar uit hoeveel geld hij in die automaten achterliet. Telkens opnieuw, haast mechanisch-automatisch, stopte hij de munten in de gleuf. Zonder nadenken, zonder emotie, zonder plezier, zo leek het.
Vanuit de positie op mijn barkruk maakte ik de beelden die je nu kan zien op de ElvisMatters DVD. Verder verkocht ik de beelden aan Channel 4, Panorama en de NPS documentaire over Colonel Parker. Ik heb mijn reis dus dubbel en dwars terugverdiend. Maar het belangrijkste voor mij was het feit dat ik iets meer inzicht had gekregen in de psyche van deze opmerkelijke Nederlander.

gepubliceerd op 15 mei 2009 door Olav Pawlenko.
Overname van dit artikel is toegestaan mits met bronvermelding: www.elvismatters.com. ©2009.
 
Follow ElvisMatters on Twitter
FTD 7" - Raised On Rock